Wat is een SAP-scan en welk nut heeft de patiënt hiervan bij de behandeling?
Bij een SAP-scan wordt het gezuiverde serum amyloïd P component (SAP), een menselijk eiwit dat zich bindt aan amyloïd, gekoppeld aan radioactief jodium om als een soort spoorzoeker in het lichaam grote hoeveelheden amyloïd op te sporen. Een dag na intraveneuze toediening wordt een scintigram gemaakt. Dat is een soort foto waarop te zien is op welke plek in het lichaam (vaak wordt gelijktijdig via een laag gedoseerde CT-scan de precieze plaats bepaald) de meeste radioactiviteit is achtergebleven. Daarmee kunnen organen (zoals de lever, milt, nieren, gewrichten, beenmerg en bijnieren) waarin zich amyloïd bevindt duidelijk zichtbaar worden gemaakt. Het patroon van orgaanopname kan een aanwijzing geven voor het type amyloïd. De ernst van amyloïd stapeling kan hiermee vaak zichtbaar worden gemaakt en in de loop van de behandeling kan het effect van de behandeling worden vervolgd. Omdat de zenuwen en het hart bij dit onderzoek zich slecht laten afbeelden is het bij patiënten met ATTR-amyloïdose (bij wie vaak zenuw- en/of hartbetrokkenheid aanwezig is) minder geschikt. Bij mensen met AL- en AA-amyloïdose daarentegen is het meestal een nuttig onderzoek. De SAP-scan wordt sinds 1990 wereldwijd alleen in het Royal Free Hospital in Londen en bij GrACE in het UMC Groningen verricht.